Simple Minds hebben hun geschiedenis laten vertellen door mensen uit hum omgeving. Ik mocht een stukje aanleveren. Het is hieronder te lezen.
Heart of the Crowd vertelt het verhaal van Simple Minds, de groep rond de jeugdvrienden Jim Kerr, zanger, en Charlie Burchill, gitarist—en op zijn tijd violist en toetsenist. Van de eerste optredens in punkclubs in Glasgow, het eerste hitsucces met Promised You a Miracle, via het wereldsucces van Don’t You (Forget About Me), Alive and Kicking en stadionconcerten, tot de heropleving in het afgelopen decennium.
Dat verhaal wordt verteld door mensen uit de omgeving van Simple Minds. En door fans. Heart of the Crowd is wat met een Engelse term een oral history heet. Een geschiedenis verteld door betrokkenen. Een ooggetuigenverslag in woorden.
Ik leerde Jim en Charlie begin jaren tachtig kennen, nog voor het internationale succes van de groep. In 1984 schreef ik op hun verzoek de eerste biografie van de band, The Race is the Prize. Later volgden andere opdrachten. Het contact is altijd warm gebleven.
Afgelopen zomer vertelde Jim me over de plannen voor een boek over Simple Minds. En hij vroeg me een bijdrage te schrijven over mijn favoriete herinnering aan de groep. Ik heb er talloze, meer dan ik kan opsommen. Veel is privé, niet bedoeld voor publicatie. Maar één moment springt eruit. Omdat het surrealistisch is en, op hetzelfde moment, typerend voor Simple Minds.
Want: de wedstrijd is de prijs. Blijf je ontwikkelen. Nooit stilstaan.
Ik noemde het stukje ‘African Skies in een donkere kelder’ en vertaalde het in het Engels. Het is gepubliceerd in Heart of the Crowd op pagina 323, met deze foto als illustratie. Onder de foto volgt het stukje.
Februari 1990. De Street Fighting Years tournee is gedaan. Mick MacNeil heeft de band verlaten.
Jim belt: “Charlie en ik zitten in de Wisseloord Studio in Hilversum.” Daar hebben ze The Amsterdam EP (met Sign O’ The Times) opgenomen, de laatste release met Mick. “We werken aan nieuwe nummers en we willen je wat laten horen. Heb je tijd?”
In de kelder van Wisseloord hebben Jim, Charlie en engineer Heff Moraes een studio geïmproviseerd. Ik hoor nummers, of schetsen van nummers, die later op het Real Life album zullen verschijnen, zoals Woman. Atmosferisch, filmisch, intiem. Het is Simple Minds zonder Mick en nog steeds Simple Minds. Ik ben aangenaam verrast.
Na de luistersessie hang ik rond in de kelder, terwijl Jim met de engineer door het materiaal gaat en Charlie speelt met zijn gitaar en een wahwah pedaal.
Charlie doet zijn gitaar af en gaat achter de piano zitten. Hij improviseert een melodie. “Pak gerust,” zegt hij tegen mij en wijst naar zijn gitaar. Ik heb al jaren geen gitaar meer aangeraakt, maar ben geïntrigeerd door het wahwah pedaal. Ik hang de gitaar om en zet mijn voet op het pedaal.
“Ik heb een idee voor een nummer,” roept Jim opeens. “En een titel, African skies. Charlie, speel die melodie nog eens.” Jim laat de engineer weten welke beat hij wil horen. “Oké, opname.” Charlie begint te spelen, Jim zingt en daar sta ik met Charlie’s gitaar in mijn handen en mijn voet op het pedaal.
African skies? Ik zie een zinderende savanne, de lucht trilt van de hitte. Ik hoor het geluid van insecten. Aha, ik ga krekels maken met het wahwah pedaal. We doen het twee keer. Als ik naar huis ga krijg ik een cassette mee.
In augustus belt Jim. “Het album is af en African Skies staat er op. We hebben jouw gitaarpartij gebruikt.” Take twee, blijkt later.
Sommige nummers worden niet geschreven, ze vallen uit de lucht. In donkere kelders die in de verbeelding een hete savanne zijn. Die middag in Wisseloord is mijn favoriete Simple Minds herinnering, onbetaalbaar.
Simple Minds – African Skies