How Can I Be Sure in zes covers (en een meesterwerk)

Dusty Springfield

How Can I Be Sure was een hit én een flop in twee talen op twee continenten. Het nummer is een brug tussen rhythm & blues en het Europese chanson.

How Can I Be Sure was in 1972 een hit voor David Cassidy, het tieneridool dat dit jaar is overleden. Cassidy’s versie was de zevende opname van het nummer in vijf jaar tijd. Die was met een eerste plaats in de hitlijsten van Engeland en Ierland tevens de meest succesvolle. Maar de beste?

How Can I Be Sure is een compositie van Felix Cavaliere en Eddie Brigati, toetsenist en zanger van The Young Rascals, in 1968 omgedoopt tot The Rascals. De groep kwam uit hetzelfde milieu dat een paar jaar eerder The Four Seasons had voortgebracht: Italiaanse immigranten uit New Jersey die zwarte muziek op hun eigen manier interpreteerden. Geen tienerfeest is compleet zonder hun aanstekelijke Good Lovin’, een hit in het voorjaar van 1966.

The (Young) Rascals hadden hun wortels in rhythm & blues, maar ontwikkelden in korte tijd een meer verfijnd geluid. Ze gelden als de grondleggers van de blue eyed soul, een genre dat via Boz Scaggs en Hall & Oates in de jaren zeventig ingang vond. Een Engelse zangeres die we verderop nog tegen zullen komen staat eveneens aan de basis van de blanke soul.

How Can I Be Sure kwam uit op 28 augustus 1967, als opvolger van hun ook in Nederland succesvolle zomerhit Groovin’. Het was het slotnummer van de eerste kant van het gelijknamige album, waarop bovendien de hit A Girl Like You is te vinden. How Can I Be Sure kwam dat najaar tot de vierde plaats van de Amerikaanse hitparade. Groovin’ is wellicht hun beste album, een sixties-klassieker.

 

The Young Rascals – How Can I Be Sure

 

Met zijn walstempo en zijn musette-accordeon klonk How Can I Be Sure onmiskenbaar ‘Europees’, wat iets zegt over The Young Rascals, hun muzikale verfijning en hun achtergrond. De oude wereld klonk door in het nummer en dat werd opgepikt in het land waar de musette vandaan komt, Frankrijk.

Nicoletta – officieel Nicole Fernande Grisoni-Chappuis – was in Frankrijk een populaire zangeres, actief in het yé yé-genre, de Franse variant van beat en rhythm & blues. In 1968 had ze al een aantal hits op haar naam toen ze How Can I Be Sure opnam als Je ne pense que t’aimer. Die cover werd in 1971 weer gecovered door Ginette Reno.

Accordeons waren eind jaren zestig overigens geen uitzonderlijke verschijning in de popmuziek. Nog voor The Young Rascals in New Jersey het instrument gebruikten voor hun arrangement had aan de Amerikaanse westkust The Beau Brummels hetzelfde gedaan met Magic Hollow, het Franse walsje – en de geflopte single – van hun album Triangle. In 1970 scoorden The Beach Boys alleen in Nederland een hit met het onmiskenbaar door musette geïnspireerde Tears In The Morning.

 

Nicoletta – Je Ne Pense Qu’A T’Aimer

 

How Can I Be Sure van The Young Rascals werd een nummer 1-hit in Canada en dat had consequenties. Nog voor het eind van dat jaar waren er twee coverversies op de markt, beide Franstalig en beide opgenomen door yé yé bands uit het Franstalige Quebec. Die twee Franstalige covers verschenen vrijwel gelijktijdig, elk met een eigen vertaling van de oorspronkelijke tekst en een afwijkende titel.

Les Hou-Lops begonnen in 1962 hun leven als Les Tétes Blanches (laten we zeggen: De Witmuilen), vernoemd naar de witte pruiken die ze in hun podiumact gebruikten. In 1965 doopten ze zich om tot Les Hou-Lops en scoorden in Canada hits met zowel Franstalige als Engelstalige nummers. In 1966 coverden ze de herkenningstune van de populaire Batman-tvserie.

Het coveren was Les Hou-Lops derhalve niet vreemd en ze hadden al een Franse versie van The Easybeats-hit Friday On My Mind opgenomen, toen ze zich aan How Can I Be Sure waagden. Ze doopten het om tot Je vous salue Marie.

 

Les Hou-Lops – Je vous salue Marie

 

Les Chanceliers uit Montreal waren in 1963 begonnen als de instrumentale band Les Chancellords en scoorden in 1966 een platencontract. Met de 18-jarige, uit Les Merseys afkomstige gitarist Michel Palgliaro gepromoveerd tot zanger, hadden ze al eens een nummer van The Young Rascals gecovered. Lonely Too Long stond als Seul Trop Longtemps op de B-kant van hun eerste hit Me P’tit Popy (dat weer een cover was Mel & Tim’s I’m Your Puppet). Die B-kant was zo populair dat het opnieuw verscheen, nu als A-kant, en een hit werd.

Les Chanceliers waren de topband van Quebec toen hun cover van How Can I Be Sure uitkwam. Het nummer kreeg ook airplay in Frankrijk—waar het de producer van Nicoletta op ideeën bracht. Voor Michel Palgliaro was het de opmaat naar een succesvolle solocarrière.

 

Les Chanceliers – À Paris la nuit

 

De Engelse blue eyed soul-zangeres uit de inleiding kan niemand anders zijn dan Dusty Springfield, de Europese evenknie van Aretha Franklin. Maar Dusty was meer dan een soulzangeres, ze kon alle stijlen aan: van Broadway tot fado en alles daartussen. Ook Franse chansons en Italiaanse ballades waren haar domein en het is niet vreemd dat ze in 1970 How Can I Be Sure opnam, de Europees getinte liefdesverzuchting van een Amerikaanse rhythm & bluesband met Italiaanse achtergrond. Het is een natuurlijke fit.

Met haar album Dusty in Memphis en de hit Son of a Preacher Man had ze haar verleden als zangeres van georchesteerde pop achter zich gelaten. Toen ze in mei 1970 in de Des O’ Connor Show How Can I Be Sure zong, stond dat haaks op de soul van haar meest recente album, A Brand New Me (in Europa uitgebracht als From Dusty … With Love). Die plaat was geproduceerd door Kenny Gamble en Leon Huff, de mannen die een paar jaar later het invloedrijke Philadelphia International-label startten. A Brand New Me is in feite het eerste Philly soul-album.

Op Dusty’s suggestie verscheen How Can I Be Sure in september van dat jaar op single, maar het nummer werd geen hit en verdween vrijwel geruisloos. Het was twee jaar later ook niet te vinden op See All Her Faces, haar laatste album voor Springfield een aantal jaren uit beeld verdween. Ironisch genoeg groeide de B-kant, Spooky, een in 1968 opgenomen nummer van de Amerikaanse band Classics IV, na de milleunniumwisseling uit tot een lounge klassieker. De ouderen kennen Dusty van Son of a Preacher Man, de jongere generatie van Spooky. Maar iedereen moet Dusty’s How Can I Be Sure kennen, de hit die voor haar nooit een hit is geworden.

 

Dusty Springfield – How Can I Be Sure

 

 

Geef als eerste reactie