Ken Russell en The Devils

Op 18 april 1634 werd Urbain Grandier levend verbrand. Ken Russell maakte er een film over. The Devils (1971) is vijftig jaar later nog steeds omstreden.

De Britse kranten ronkten van verontwaardiging: Sodom en Gomorrah op filmset! Nog voor The Devils op 25 juli 1971 in Engeland in première ging, was de film omstreden (Nederland volgde op 14 oktober). De directie van de filmdistributeur was geschokt; filmcritici walgden, het publiek smulde. The Devils was in Engeland een onversneden hit en regisseur Ken Russell het stoute, maar briljante buitenbeentje van de Britse cinema.

Dat publiek zag niet de scène van vier minuten waarin een groep nonnen, delirisch van lust, zich bevredigt met een levensgroot beeld van Christus. Die ‘rape of Christ’ scène was op last van de Britse filmcensuur verwijderd. De Amerikaanse hoeders van de goede smaak gingen verder, ze knipten een paar minuten uit de film en monteerden enkele scènes opnieuw.

Warner Brothers, producent en eigenaar van de rechten, behandelt The Devils nog steeds alsof het radio-actief afval is. De ‘rape of Christ’ scene is teruggevonden, maar een director´s cut is uit den boze. Men weigert domweg elk verzoek om de ongecensureerde versie uit te brengen; ook niet door derden, in licentie. Vanwaar al die ophef, die preutsheid? Heeft Ken Russell een satanskind gebaard?

Peepshow

Ken Russell (3 juli 1927, Southampton) had een levendige fantasie. Hij hield van musicals – vooral de MGM-musicals van Busby Berkeley – en wilde producent of regisseur worden, maar had geen idee hoe. Hij danste in de West End productie van Annie Get Your Gun, ging fotograferen op filmsets en in het theater. Een geboren bohemien, dat was hij.

In 1956 regisseert hij zijn eerste (kort)film, Peepshow, een stomme komedie over creativiteit en illusie. Een zelfgeproduceerde documentaire over het Franse bedevaartsoord Lourdes is zijn ingang bij de BBC. Hij maakt documentaires voor Monitor, het eerste kunstprogramma op de Britse staatsomroep. Als kind uit de lagere middenklasse is Russell een outsider binnen het Oxbridge-milieu van het Londense Broadcasting House.

Zijn eerste bijdrage, Poet´s London (1959), over de dichter John Betjeman, breekt direct met de conventies. Hij brengt zijn onderwerp tot leven: Betjeman is te zien op locaties die in zijn werk figureren en leest op de geluidsband voor uit eigen werk.

In 1962 gaat Russell een stap verder. Op 11 november, de dag waarop het Verenigd Koninkrijk het einde van de Eerste Wereldoorlog herdenkt, zendt de BBC Russells portret van Edward Elgar uit, op dat moment een vergeten componist. Elgar introduceert een nieuw genre bij de kijker, het docudrama. Acteurs spelen historische personages. Het was nog nooit eerder gedaan, tegenwoordig is het standaard.

 

Elgar (Ken Russell, 1962)

 

Artistieke portretten van kunstenaars

Russell maakt in de jaren zestig voor de BBC gedramatiseerde documentaire over uiteenlopende kunstenaars als danseres Isadora Duncan, schilder Henri Rousseau en dichter/schilder Dante Gabriel Rossetti. Zijn vernieuwende aanpak past naadloos bij de revolutionaire tijdgeest.

Muziek is Russells grote liefde. Onder meer Bartok, Prokofjev, Debussy, Tchaikovsky, Mahler, Liszt, Kurt Weill, Bruckner, Holst, Delius, de franse filmcomponist George Delerue en het Britse klassieke muziekinstituut Ralph Vaughan Williams worden geportretteerd in een documentaire of speelfilm.

Als Russell begint met de productie van The Devils, is hij zowel gelauwerd als verguisd. Gelauwerd met een Oscar-nominatie voor Women in Love (1969), zijn verfilming van de gelijknamige roman van D.H. Lawrence. Verguisd om Dance of the Seven Veils (1970), zijn satirische portret van componist Richard Strauss dat hem zijn positie bij de BBC kost.

The Devils, naar de non-fictie roman The Devils of Roudon van Aldous Huxley, vertelt het waargebeurde verhaal van Urbain Grandier (gespeeld door Oliver Reed), een priester in het zeventiende-eeuwse Frankrijk die zich verzet tegen een corrupt verbond van staat en kerk. Hij wordt door de gebochelde en seksueel onderdrukte non Jeanne des Anges (gespeeld door Vanessa Redgrave) beschuldigt van hekserij en eindigt op de brandstapel.

Kus en kruis

De film is een frontale aanval op het machtmisbruik van de kerk en haar hypocriete houding ten aanzien van geslachtelijk verkeer. De kus en gekruisigde figuren zijn twee beeldtropen die geregeld opduiken in Russells films. Hier komen ze samen in een explosie van drift en hysterie.

 

Trailer The Devils (Ken Russell, 1971)

 

The Devils is een visueel uitbundige film over confrontatie. De confrontatie van individu en autoriteit, de tegenstelling tussen onafhankelijke regio en centralistische staat, het contrast van het zwarte kerkinterieur en het witte exterieur van de publieke ruimte. De decors zijn van Derek Jarman, die nadien cultfilms zou maken als Sebastiane, met Latijnse dialogen, en Jubilee, de eerste punkfilm.

Ook botsen twee acteurstijlen op elkaar – die naklinkt in de reacties van de critici: de welbespraakte monologen van de natuurkracht Oliver Reed versus het fysieke acteren van Vanessa Redgrave, die de mismaakte en geestelijk gestoorde non vertolkt als een personage in een stomme film. We moeten denken aan Russells liefde voor films uit de jaren twintig en dertig; en zijn regiedebuut Peepshow.

Voor dat fysieke acteren kunnen de Britse critici weinig waardering opbrengen. In de Evening Standard van 22 juli 1971 maakt filmrecensent Alexander Walker The Devils met de grond gelijk; hij rept over “de masturbatiefantasieën van een rooms-katholieke jeugd”. Critici die gewend zijn om taalvirtuoze Shakespeare-vertolkingen te recenseren, kunnen beter van de visueel ingestelde en op muziek georiënteerde Ken Russell afblijven.

Hoofd in vitrine

Voor Ken Russell leidt de muziek zijn films en dat geldt ook voor The Devils. De soundtrack is een merkwaardige mix van twintigste-eeuws impressionisme en atonale muziek, gecomponeerd door Peter Maxwell Davies. Die heeft verklaard dat zijn muziek de koortsige atmosfeer van de film wil benadrukken. “Het moet klinken als iets wat gebeurt in een openbaar toilet. Daar wil je niet te lang blijven.” Voor verder contrast zorgt de Renaissance-muziek van het Early Music Consort of London.

Op de set van The Devils: Oliver Reid (links), Ken Russell (midden) en Vanessa Redgrave (rechts)

De ‘rape of Christ’ scène is niet de enige die de eindmontage niet haalde. Ook het moment waarop vader Urbain zich met een mes ontmant ontbreekt in de film. Dat geldt tevens voor het slot van Huxley’s boek, het script was domweg te lang. In The Devils of Loudon leren we hoe het zuster Jeanne vergaat na de executie van Grandier. Als een soort popster gaat ze op tournee door Frankrijk, raakt bevriend met kardinaal Richelieu en dineert aan het hof met de Franse koning en koningin. Naar haar overlijden wordt haar hoofd in een vitrine geplaatst; het dient als bedevaartsidool.

In het Engeland van 1971 was The Devils een publiekshit, wellicht door zijn ongeremde karakter; vergelijk het succes van Paul Verhoevens Turks Fruit na verschijning in Nederland in 1973. Met Benedetta raakt Verhoeven aan de thematiek van The Devils, al is de shock value van zinnelijke nonnen in de tussenliggende jaren aanzienlijk verminderd.

De reacties van de autoriteiten op de film zijn hysterisch. Na het filmfestival van Venetië spreekt de toenmalige patriarch van de stad, de latere paus Paulus Johannes II, van “excessen zoals nooit eerder te zien zijn geweest”.  Ted Ashley, de baas van Warner Brothers, is stellig: “that´s the biggest load of shit I´ve ever seen”. Uit de Amerikaanse filmrelease worden alle beelden met schaamhaar gesneden. Dat zijn er niet weinig.

Religieuze symboliek

1971 is het piekjaar in de loopbaan van Ken Russell. Dat jaar verschijnen er drie films van zijn hand in de bioscoop. The Music Lovers, een biopic over Tchaikovsky, gaat aan The Devils vooraf en de musical The Boy Friend (release VS: december 1971, UK: februari 1972) maakt het trio vol.

 

Trailer The Boyfriend (Ken Russell, 1971)

 

The Boy Friend is in elk opzicht het tegendeel van The Devils, op één uitzondering na: de muziek is leidend. The Boy Friend is Russels filmversie van de gelijknamige musical uit 1963 van de Britse componist Sandy Wilson. Het fotomodel Twiggy debuteert als hoofdrolactrice in een vernuftig vertelde en visueel overdadige hommage aan de MGM-musicals van de jaren dertig. Er zijn spectaculaire choreografieën en bizarre droomscènes, en er is veel humor.

Visueel even spectaculair is de rockopera Tommy in de verfilming van Ken Russell uit 1975. De regisseur kan het niet nalaten zijn hang naar religieuze symboliek te perverteren door in het nummer Eyesight to the Blind te verwijzen naar Lourdes. Marilyn Monroe is hier de Mariafiguur, een verwijzing naar de cultus rond beroemdheden. Die is in het nieuwe millennium en de komst van sociale media niet minder geworden.

In 2004 ontdekte de Engelse filmcriticus Mark Kermode de verloren gewaande ‘rape of Christ’ scène, die vervolgens in de film werd gemonteerd. Die versie van The Devils draaide dat jaar met veel succes op een aantal filmfestivals, maar is nooit op dvd uitgebracht. Hij is alleen te zien op een in 2005 verschenen bootleg.

Rolling Stones

Robert Hofler hangt zijn boek Sexplosion, met de ondertitel From Andy Warhol to ‘A Clockwork Orange’ – How a Generation of Pop Rebels Broke All the Taboos, op aan Stanley Kubrick. Niet Kubrick, maar Ken Russell is hier de geboren rebel.

Ken Russell en zijn generatiegenoot Stanley Kubrick begonnen allebei als fotograaf en werden vervolgens regisseur van zwaar gestileerde, zelfs barokke films. In 1971 maakte Stanley Kubrick A Clockwork Orange, naar de roman van Anthony Burgess. Zeven jaar eerder wilde Ken Russell het boek uit 1962 al verfilmen, met de Rolling Stones als Alex’s gang—de Britse filmcensuur hield het tegen.

Stanley Kubrick bedacht de moderne filmsoundtrack toen hij klassieke muziek onder een ruwe montage van 2001: A Space Odyssee zette. Ken Russell draaide als kind, in de jaren dertig, marsmuziek van Arthur Bliss en Edward Grieg bij Metropolis en Die Nibelungen: Siegfried, stomme films van Fritz Lang. Hij stond aan de wieg van het docudrama. En pionierde de videoclips van MTV.

Laat ik, geheel in zijn geest, eens een knuppel in het hoenderhok gooien: Ken Russell is een groter regisseur dan Stanley Kubrick.

 

A British Picture (Ken Russell, 1989)

 

Geef als eerste reactie