De Wereld van Daan

Mensen zijn onvolmaakt, grillig en onbetrouwbaar. Computers daarentegen, zijn het volstrekt tegenovergestelde. Ze zijn voorspelbaar, geprogrammeerd. Het maakt de relatie tussen mens en technologie er niet gemakkelijker op. Hoe gaat deze relatie zich in de wereld ontwikkelen?

Een gooi naar het antwoord: “Ze weten alles van digitale codes, maar als ze een Trojaans paard in het echt zien, geven ze het een suikerklontje.

DEF CON

DEF CON is de naam van de conventie, jaarlijks in Las Vegas, waar de digitale underground zich één grote familie weet. Hackers zijn ook maar mensen en al voelen ze zich geboren buitenstaanders, eens per jaar komen ze tezamen om op te gaan in een groep van gelijkgestemden. Ze spelen er digitaal vlaggenroof, bekwamen zich in het ontgrendelen van fysieke sloten en kopen heel veel t-shirts. Ook luisteren ze naar sprekers.

Tijdens de editie van 2012, DEF CON 20, sprak generaal Keith Alexander, de hoogste baas van het National Security Agency (NSA). Amerika’s opperluistervink begaf zich in het hol van de leeuw en pikte diens tanden schoon. Alexander, in casual combat-outfit, had de zaal vol zwarte t-shirts aan zijn lippen. Eigenlijk leken ze op elkaar, hij de spion der spionnen en zij de digitale ondergrondse, en niet alleen qua kleding. Het duister is hun natuurlijke domein.

Trojaans paard

Wie de documentaire DEF CON 20 ziet, vraagt zich onwillekeurig af: wie infiltreert wie? De DEF CON hackers zijn blij met de erkenning door wat ze normaliter als de vijand beschouwen en Alexander praat zich toegang tot een bijna onuitputtelijke poel van potentiele recruten. De expertise van de DEF CON bezoekers is van grote waarde voor de NSA. En ze hoeven niet eens te weten dat ze voor Alexander werken. Infiltratie van de hacker familie is genoeg. Mij gaf het de verzameling intelligente misfits een menselijk trekje: ze weten alles van digitale codes, maar als ze een Trojaans paard in het echt zien, geven ze het een suikerklontje.

Daar is een verklaring voor. Hackers snappen alles van computers, maar minder van mensen. Daarin zijn ze niet uniek. Techno-utopisten hebben er ook last van. Die leven in de wereld van Daan Roosegaarde, waar ratio en technologie de perfecte orde scheppen. Naar een mens zult u er evenwel tevergeefs zoeken, want mensen zijn – althans in de ogen van Daan – onvolmaakt, grillig en onbetrouwbaar. Ze creëren rommel en maken fouten. Ze hebben een wil.

In gesprek

De ironie wil dat technologie de menselijke onbetrouwbaarheid niet compenseert of opheft, maar juist versterkt. Ik verwijs niet naar sociale media, waar je likes kunt kopen en voor massamails moet betalen. Ik denk aan die Spaanse machinist die deze zomer met 180 kilometer per uur uit de bocht vloog en een hogesnelheidstreinstel op een naast het spoor gelegen viaduct wist te deponeren. “Ik ben ook maar een mens,” schijnt hij in zijn ontreddering te hebben gezegd. Het was bedoeld als excuus.

De machinist was een ijdele snelheidsduivel, meldden de kranten daags na het ongeval. Een dag later meldden de kranten dat de machinist niet alleen ijdel, maar ook onverantwoordelijk was geweest. Hij zat te bellen toen hij had moeten afremmen voor de gevaarlijke bocht. Een paar weken later, nu op pagina 8, in een klein bericht, kwam de aap uit de mouw. De machinist was gebeld door de conducteur. Twee passagiers hadden een vraag waarop de conducteur het antwoord niet wist, maar wellicht kon de machinist zeggen hoe laat ze in …. BOEM.

In de wereld van Daan worden geen mensen toegelaten. In de wereld van Daan los je problemen – ook technologische – op met meer technologie. In de volgende generatie hogesnelheidstreinen zit een algortime achter het stuur. Die kun je niet bellen.

Geïnspireerd door dit artikel? Lees dan ook:

Geef als eerste reactie