Dick Raaijmakers: Peetvader van de electropop

Dick Raaijmakers is de peetvader van de electropop. Hij verenigde de rigide geest van de wetenschapper met de speelsheid van de kunstenaar.

Dick Raaijmakers (1 september 1930 – 4 september 2013) is de uitvinder van de elektronische popmuziek. Dat moment is exact aan te wijzen: op 2 oktober 1957 flansde hij in Kamer 306 van het Philips Natlab, de research afdeling van de gloeilampenfabrikant uit Eindhoven, het elektronische muziekwerkje Song of The Second Moon in elkaar.

Raaijmakers vernoemde de 2 minuten en 48 seconden durende compositie naar de Spoetnik satelliet die twee dagen later door de Russen als de allereerste kunstmaan in een baan om de aarde werd geschoten. Zonder het te beseffen opende Raaijmakers de deur naar een compleet nieuw muzikaal universum, elektronische vermaaksmuziek.

Song of The Second Moon

In de oren van luisteraars uit 1957 moet het sonische experiment van Raaijmakers verbijsterend modern en vooruitziend hebben geklonken. Muziek die werd gemaakt met studio-apparatuur in plaats van muziekinstrumenten was in de jaren vijftig van de vorige eeuw een nieuw genre, het domein van ernstige componisten als Pierre Schaeffer, Pierre Boulez en Karl-Heinz Stockhausen. Die weefden met behulp van toongeneratoren en bandrecorders ontoegankelijke webben van geluid, geen popmuziek.

Louis en Bebe Barron componeerden de eerste volledig elektronische soundtrack voor de sciencefiction film Forbidden Planet uit 1956. Die blonk uit qua textuur en sfeer, maar had weinig te bieden in termen van melodie of ritme. Song of The Second Moon daarentegen is capricieus: speels en grillig.

Het is een soepeltjes deinende rumba die plezier heeft in zijn eigen bestaan. Raaijmakers, of eigenlijk het platenlabel Philips, bracht het nummer uit onder de naam Kid Baltan: Dik Natlab, maar dan omgekeerd. Ook dat pseudoniem klinkt, net als Raaijmakers baanbrekende compositie, nog steeds verbazingwekkend modern.

Kid Baltan

Roem heeft Raaijmakers nooit nagestreefd, een van de redenen waarom zijn reputatie als grondlegger van de elektronische popmuziek lange tijd beperkt is gebleven tot een kleine kring van liefhebbers. Ook in Nederland, zijn thuisland, duurde het lang eer de impact van zijn werk werd onderkend.

De vrijdenker uit Limburg had een onderzoekende geest, in zijn natuur verenigde hij kunstenaar en wetenschapper. In 1930 in Maastricht geboren als zoon van een arbeidersgezin, studeerde hij piano aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Zijn rusteloze geest kwam echter beter tot zijn recht in Kamer 306, op de afdeling akoestiek van het Philips Natlab dat in 1954 was geopend.

Die combinatie van wetenschapper en kunstenaar maakte dat Raaijmakers compleet nieuw terrein kon ontginnen toen hij met elektronische popmuziek begon te experimenteren. Het management van Phlips wist echter nauwelijks wat ze met zijn geluidsuitvindingen aanmoest.

Song of The Second Moon werd uitgebracht als 45 toeren single, oorspronkelijk als B-kant van een elektronisch arrangement van de Colonel Bogey March uit Bridge on the River Kwai, de succesfilm van 1957. Op de hoes prijkte de naam Kid Baltan, want de Philips-bonzen vonden het niet correct om een van hun werknemers als artiest te presenteren.

0623 Dick Raaijmakers 2
Het had een historische uitgave, zelfs een mijlpaal in de muziekgeschiedenis, kunnen zijn, maar de single heeft de platenwinkel – en het publiek – nooit bereikt. Philips deelde het plaatje uit als relatiegeschenk. Het bedrijf dat bandrecorders fabriceerde was geïnteresseerd in de verkoop van hun machines, niet hoe je ze op creatieve wijze kon inzetten. Het Philips Natlab werd in 1960 gesloten, in opdracht van een boekhoudende manager, zoals de documentaire Kamer 306 uit 2008 duidelijk maakt.

STER tune

Toen ik Derrick May, de techno-pionier uit Detroit, sprak tijdens de eerste editie van het STRP Festival in 2006, meende hij dat ik een grapje maakte toen ik hem erop wees dat techno was uitgevonden in Eindhoven, niet in Detroit. STRP zette Dick Raaijmakers bij die gelegenheid in het zonnetje als invloedrijk onderdeel van Eindhovens erfenis op het gebied van technologie en kunst. Derrick May had echter nooit gehoord van Kid Baltan noch ooit naar Song of The Second Moon geluisterd. Hij is niet de enige.

Techno komt uit Eindhoven

Een nieuw publiek, dat het Baltan-nummer ontdekt via YouTube, kan de oren niet geloven. De commentaren maken het duidelijk: ‘Amazing! Can’t believe this was done in 1957!’ (cathedral94), ‘I’m impressed how modern that beat sounds and how catchy the tune is.’ (Leonor Gomes).

Ter vergelijk: een bekende voorloper van elektronische popmuziek, het thema van de BBC tv-serie Dr. Who, was al (of in deze context: pas) in 1963 gerealiseerd door Delia Derbyshire. Song of The Second Moon betekende de voor de Fransman Jean-Jacques Perrey de directe aanleiding om zijn studie medicijnen af te breken en zich te concentreren op elektronische muziek. Dat besluit resulteerde in het eerste elektronische popalbum, in 1966 gemaakt met Gershon Kingsley, The In Sound From Way Out.

Tegen die tijd had Raaijmakers het Philips bedrijf al lang de rug toegekeerd en doceerde hij elektronische en eigentijdse muziek aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, een functie die hij tot zijn pensioen in 1995 heeft uitgeoefend. Zijn meest gehoorde compositie is de tune van de STER, het reclameblok dat in 1967 op de openbare tv-zender werd geïntroduceerd. Vrijwel niemand wist dat het zijn deuntje was.

STER tune

 

STEM

In contrast met zijn gemoedelijke karakter is het werk van Raaijmakers vaak confronterend, zelfs gewelddadig van aard. “Muziek veroorzaakt een ontlading” is een van zijn vele maximes. Na het sluiten van het Natlab ontwikkelde hij zich tot een van Nederlands meest opmerkelijke kunstenaars.

Hij was actief in avant-garde muziek, theater, performance, media installaties en beeldende kunst. Raaijmakers vervloeide regelmatig de grenzen tussen de verschillende disciplines, tussen wetenschap en kunst. Dat laatste heeft hij gemeen met de Nederlandse graficus M.C. Escher.

Zoals het de archetypische modernist past, theoretiseerde Raaijmakers geregeld over het wezen van geluid en muziek, en de relatie tussen de diverse uitingsvormen. Zijn boek De Methode (1985) is een poëtisch onderzoek naar de aard van perceptie en de werkelijkheid; deels gedicht, deels filosofisch traktaat, deels natuurwetenschappelijk onderzoek.

Raaijmakers was een conceptualist in hart en nieren die zijn colleges benaderde als performances. In 1960, nadat hij het Natlab had verlaten, startte hij aan de Universiteit van Utrecht STEM, Studio voor Elektronische Muziek, om zijn geluidsexperimenten te kunnen voortzetten. STEM werd in 1967 omgedoopt tot het Instituut voor Sonologie, dat in 1986 werd ondergebracht bij het Koninklijk Conservatorium in Den Haag.

Dick Raaijmakers – Ballad ‘Erlkönig’ (1966)

‘Dick Raaijmakers heeft de ontwikkelingen (…) in nieuwe en elektronische muziek gevolgd tot het allerlaatste moment’, meldde de website van het instituut de dag na Raaijmakers overlijden op 4 september 2013. Zijn Collected Tape Music was in 1998 door de Stichting Donamus als 3 cd-box uitgebracht.

Slaapwandelen

De essentiële rol die Raaijmakers heft gespeeld in de evolutie van elektronische popmuziek werd zonneklaar met de verschijning, in 2004, van de 4 cd-box Popular Electronics. Early Dutch electronic music from Philips Research Laboratories, 1956-1963 (een uitgave van Basta). Het introduceerde zijn muzikale erfenis bij een nieuwe generatie liefhebbers van elektronische muziek.

Raaijmakers liet zich die late erkenning gretig welgevallen, trots als hij was op zijn bijdrage aan de ontwikkeling van elektronische muziek. “Het enige wat ik deed was slaapwandelen en intuïtief stappen zetten,” sprak hij in een van zijn laatste interviews. Omdat hij te ziek was voor een persoonlijk bezoek, luisterde Raaijmakers  de feestelijke viering van zijn tachtigste verjaardag op via een video-verbinding. Het is treffend, media waren zijn leven.

Er moet een aanmoedigingsprijs naar Dick Raaijmakers worden vernoemd, de Raaijmakers Prijs voor creativiteit en innovatie.

Dick Raaijmakers: Het kleinste geluid

Geef als eerste reactie